Interview Geert-Jan Tax – “Voor mij hoeft er geen Tax op de gevel”

Met de verhuizing in 2018 naar een nieuwe zichtlocatie aan de A2 verdrievoudigde de omzet van Broekhuis Jaguar Land Rover vrijwel van de ene op de andere dag. Geert-Jan Tax (46), directeur-eigenaar: ‘In no time was het pand al te klein en hebben we de bedrijfsruimte met zestig procent uitgebreid.’ En toen kwam corona. Je zou denken dat de klad er wel in kwam, maar het tegendeel blijkt waar. Auto’s vliegen de showroom uit.


Geert-Jan Tax

In de ruim opgezette showroom staan hedendaagse modellen van Jaguar, Range Rover en Land Rover te glimmen naast een paar geweldige oldtimers, waaronder een Jaguar XK 120 Drophead Coupé uit 1953. Oud en nieuw kriskras door elkaar. Elektronisch, computergestuurd vernuft naast uit plaatwerk geklopt ambachtswerk.

Geert-Jan: ‘Sir William Lyons, de oprichter van Jaguar, ontwierp deze auto in 1948 eigenhandig in twee weken. Het koetswerk werd direct vanaf zijn schetsen en naar zijn beschrijvingen uit het plaatwerk geklopt. Zulke mooie, gracieuze lijnen, echt ongelooflijk. En al helemaal als je bedenkt dat het ontwerpen van een auto tegenwoordig, met alle tekenprogramma’s, rekenkracht en kleimodellen, zo’n vijf jaar en een miljard euro kost. In de showroom boven heb ik nog een Jaguar E-Type staan. Die is in de basis ontworpen door een vliegtuigbouwkundige, Malcolm Sayer, volgens aerodynamische principes, waarna er voor de esthetiek nog een beetje aan is geschaafd. De E-Type was zijn tijd ver vooruit en voor mij is het één van de mooiste auto’s ter wereld.’

 Terug in de tijd met de Brexit

Voor een leek lijken alle auto’s in de showroom bij Broekhuis direct uit de fabriek te zijn gerold, maar niets is minder waar. Geert-Jan: ‘Op een stuk of drie auto’s na zijn alle modellen die je hier ziet tweedehands. De enige drie nieuwe exemplaren die ertussen staan zijn ook al verkocht. De Brexit en het chiptekort hebben er bij de merken Jaguar en Land Rover behoorlijk ingehakt. De Range Rover-lijn wordt in Engeland geassembleerd met onderdelen uit de hele wereld. Denk hierbij aan versnellingsbakken en motormanagementsystemen uit Duitsland en airco’s uit Japan. Vooral onderdelen die vanuit de EU moeten komen lopen sinds Brexit grote vertraging op aan de grens. Dat zie je terug in de levertijden en prijzen van nieuwe auto’s.

Onbegrijpelijk die handelsrestricties, de draak uit het verleden is weer losgelaten. Het is een combinatie van puur sentiment met valse voorlichting geweest. Recente polls in Engeland wijzen uit dat 45 procent van de mensen die voor de Brexit stemden er nu spijt van heeft. Extra cynisch is dat veel ‘blue collar workers’ vóór stemden, terwijl juist zij er de dupe van zijn. Voor de Land Rover Defender en Discovery had het bedrijf wel voorgesorteerd op de Brexit, deze modellen worden geproduceerd in een fabriek in het Slowaakse Nitra, waardoor ze minder last hebben van vertragingen door douaneformaliteiten.’

Liquiditeit en inflatie

‘Ondanks Brexit en corona, gaat de verkoop ontzettend goed. Het is echt ongelooflijk wat er nu gebeurt. Ik ben van origine bedrijfseconoom en als je het mij in die hoedanigheid vraagt zou het logisch zijn als we nu op een recessie afkoersen, maar daar merken wij niets van; auto’s, ook oldtimers, zijn niet aan te slepen. Dit fenomeen valt waarschijnlijk te verklaren uit het feit dat er veel liquiditeit in de markt is. Met de huidige inflatie is het niet interessant om vermogen liquide te laten, dus investeren veel mensen in een mooie klassieke auto, kunst of een exclusief horloge. De prijs van een Patek Philippe is de laatste tijd drie tot vier keer over de kop gegaan.’

Liever geen radertje

‘Mijn liefde voor auto’s heb ik meegekregen van mijn vader. Hij was van oorsprong monteur en ging eind jaren ‘70 bij British Leyland werken, dat toen alle bekende Engelse merken onder zich had. In 1984 heeft hij het importeurschap voor Jaguar in Nederland opgezet. Hij was echt een selfmade man en klassieke auto’s waren zijn hobby, zo ben ik ook van jongs af aan met dat virus besmet geraakt. We zijn jarenlang op vader-zoon uitje naar het Good Wood Festival of Speed in Sussex gegaan. En in mijn studententijd gingen we regelmatig samen rijden, hij in z’n Jaguar XK 150 – die ik nog steeds heb – en ik in mijn MG-tje. In de bochten reed ik hem eruit, maar op het rechte eind kwam hij mij voorbij stuiven. Na mijn studie bedrijfskunde wilde ik niet per se in de autowereld aan de slag. Tot het moment dat mijn vader plotseling overleed, ik was toen 24 jaar oud. Van de ene op de andere dag viel dat belangrijke ‘auto onderdeel’ uit mijn leven weg. Ik miste mijn vader, ook die wereld, gigantisch en heb daarom toen bij Land Rover in Engeland gesolliciteerd. Daar kwam ik in zo’n graduate-traject terecht waar je wordt klaargestoomd voor het toekomstig management. Veel van mijn generatiegenoten zitten er nog. In vijf jaar tijd heb ik verschillende afdelingen van het bedrijf gezien en ook een jaar in Dubai op het hoofdkantoor voor het Midden-Oosten gezeten. Uiteindelijk werd ik daar niet gelukkig van; ik wilde liever bij een hands-on type bedrijf werken in plaats van een radertje zijn in een grote machine. Terug in Nederland ben ik bij Kroymans Hilversum aan de slag gegaan als directeur van het dealerbedrijf, eerst voor Jaguar en Aston Martin, later ook voor de andere merken, waaronder Ferrari.’

Elon Musk begrijpt zijn klanten

 ‘In 2010 heb ik met Kroymans een joint venture opgericht om de Fisker Karma, de eerste luxe plug-in hybrid sportwagen ter wereld, naar Nederland te halen. Ik voelde dat elektrisch rijden de toekomst was en de Fisker Karma paste mooi in het luxesegment dat Kroymans bediende. Het werd een enorm succes, uiteindelijk hebben we er zo’n 200 verkocht, en dat terwijl er nog vrijwel geen laadnetwerk was. Vooral vermogende early adopters waren klant, onder wie Prins Maurits van Oranje, één van de voorvechters van het eerste uur van elektrisch rijden. Hij had onder andere de stichting E-Laad opgericht die de standaard heeft gezet voor de huidige laadstekker: de Mennekes Type 2 stekker, die we nu in heel Europa gebruiken. In die tijd kwam ook Tesla sterk op en uiteindelijk ging Fisker in 2014 failliet. Het vertrouwen in het bedrijf en de auto viel weg, omdat er niet adequaat werd gereageerd op een aantal pechgevallen in Amerika. Waar Elon Musk bij kinderziektes de Tesla-rijders om input vroeg, zijn klanten serieus nam en zo een community van voorlopers creëerde, ontkende Fisker de problemen, er was niets aan de hand. Ik denk dat die opstelling het bedrijf uiteindelijk de das om heeft gedaan.’

Van Swap-fiets naar auto-abonnement

 ‘De afgelopen jaren is er veel veranderd in de autowereld en de veranderingen volgen elkaar steeds sneller op met een toenemende mate van disruptie. In de jaren ‘70 was men enorm trouw aan een merk; als je uit een Opel-, Ford- of Toyota-familie kwam bleef je je leven lang trouw aan het ‘familiemerk’. Dat is verleden tijd, onder andere doordat consumenten zich nu veel beter en breder kunnen oriënteren via internet. Daarnaast is er sprake van een groeiende tweedeling: er is een groep die gaat voor mobiliteit, naast een groep die voor identiteit gaat. Wat je ziet is dat in de grote studentensteden inmiddels één op de drie fietsen een Swap-fiets is. Je least deze fietsen voor zo’n 15 euro per maand, het gaat puur om mobiliteit, alles wordt voor je geregeld, tot aan het plakken van een lekke band toe. Daarmee speelt Swap-fiets in op de jonge generatie die bezit als een last ervaart. PON, importeur van onder andere Volkswagen, heeft Swap-fiets onlangs gekocht. Een hele slimme zet, omdat ze zo een volgende generatie klanten aan zich binden die, als ze straks een wat ruimer budget hebben, ook een auto met een abonnementje willen. Dát is ondernemen: continu inspelen op ontwikkelingen in de markt. Als je mij vijf jaar geleden had gevraagd of studenten 15 euro per maand voor een fiets zouden willen betalen, had ik je voor gek verklaard. Dat is het grote gevaar voor mensen van mijn leeftijd: je voelt je jong en denkt het allemaal te weten, maar dat is niet meer zo.

Aan de andere kant van het spectrum zitten de mensen die een auto zien als onderdeel van hun identiteit en levensstijl. Zij willen luxe, design, prestaties en comfort. Dat is onze markt. Wij zitten in de ‘mooie dingen-hoek’, onze klanten geven graag wat extra’s uit voor een goed gevoel. Om het verschil te kunnen maken zullen wij ons, nog meer dan in het verleden, moeten ‘challengen’ om deze veeleisende klantengroep naadloos te faciliteren.’

Snelle groei

‘Na tien jaar Kroymans was ik klaar voor een volgende stap, ook omdat Fisker failliet ging en daarmee een stuk van het ondernemerschap voor mij wegviel. Toen ik de kans kreeg om een dealerschap voor Jaguar en Land Rover in Utrecht op te zetten, heb ik die met beide handen aangegrepen. Daarvoor had ik wel een goede, stevige partner nodig, want het is een heel kapitaalintensieve business die slagkracht en schaal vergt. Met Broekhuis voelde het meteen goed; het is een groot familiebedrijf dat al 90 jaar bestaat en bijna 70 dealervestigingen heeft door heel Nederland. Ik ben begonnen in het huurpand van de voormalige Volkswagen dealer in Houten met het idee dat de fysieke locatie van je showroom door internet minder belangrijk was of zou worden. Dat leek te kloppen, het liep vanaf het begin best lekker en binnen een jaar waren we een serieuze speler op de markt. Maar we waren toen al een nieuw bedrijfspand aan de A2 aan het bouwen met een showroom die aan de nieuwste huisstijl van Jaguar Land Rover voldeed. Op dat moment dacht ik daarover als een investering die ik normaal gesproken in een later stadium van de onderneming zou doen. Maar toen we daar in 2018 naartoe verhuisden gebeurde het onvoorstelbare: de omzet verdubbelde vrijwel direct! Ik heb nog nooit zoiets meegemaakt. Gelukkig konden we het naastgelegen kavel kopen, waardoor we zestig procent bedrijfsruimte bij konden bouwen.’

We willen snuffelen

‘En klanten blijven nog steeds binnenstromen. Naast de leads die ik via de Broekhuis-organisatie en de importeur krijg, werkt de showroom aan de A2 als een magneet op de honderdduizenden automobilisten die dagelijks langsrijden. Het is een kleine moeite om de afslag te nemen en even bij ons binnen te lopen. Kan gewoon tijdens werktijd. En dan zorgen wij voor een warm bad: een moderne, gastvrije showroom waarin alles klopt, hoogwaardige service en een state of the art werkplaats. De uiteindelijke verkoop van onze auto’s gaat niet via internet, maar via onze persoonlijke benadering, via de showroom. Mensen zijn net als honden; we willen snuffelen. Bij binnenkomst moet een klant direct onbewust gegrepen worden door een gevoel van ‘ja, hier voel ik me welkom, begrepen en gewaardeerd’. Dat hangt van details af, je moet dus constant ‘aan’ staan, je best doen. Daarbij maakt het niet uit of het gaat om de verkoop van een auto van 30.000 of 230.000 euro, iedereen verdient evenveel aandacht.’

Tussen Kunst en Auto

‘Sinds kort organiseren we ook weer evenementen, wat de afgelopen twee jaar vanwege de pandemie niet mogelijk was. Zo hadden we hier onlangs in de showroom ‘Tussen Kunst en Auto’ georganiseerd, een evenement à la ‘Tussen Kunst en Kitsch’ waar iedereen onder het genot van een goed glas wijn spulletjes kon laten taxeren tussen mooie auto’s en de daarbij horende (historische) verhalen. Ik had gedacht dat iedereen er wel weer klaar voor zou zijn, maar het aantal aanmeldingen viel toch wat tegen. Ook op een beurs waar we laatst stonden waren maar weinig bezoekers, al hebben we daarna wel goed verkocht. Ik denk dat veel succesvolle mensen ontzettend druk zijn en hun spaarzame vrije tijd liever besteden aan hun gezin. Dat was vroeger écht anders.’

Sweet spot

 ‘Vijfennegentig procent van de moderne auto’s die wij op dit moment verkopen heeft een stekker – plug-in hybride of helemaal elektrisch – en vijf procent een V8 motor. Daar tussenin zit vrijwel niks. En sinds corona is de gemiddelde verkoopprijs behoorlijk gestegen; zo’n tachtig procent van de verkochte auto’s is inmiddels duurder dan 100.000 euro. De plug-in hybride is duidelijk de sweet spot. Zeker modellen van de nieuwe generatie auto’s die beschikken over een effectieve elektrische actieradius tot wel 85 kilometer, naast een serieuze benzinemotor: de nieuwste Range Rover heeft inmiddels een zescilinder motor. Was de vorige generatie nog een conventionele auto met een toegevoegd accupakket, bij de nieuwste auto’s is bij het ontwerp al rekening gehouden met elektrificatie, waardoor er geen tot weinig binnenruimte hoeft te worden opgeofferd.’

Er worden hele bergen afgegraven in Peru

‘Hoewel elektrificatie een stap in de goede richting is, maak ik me wel zorgen over de productie en afbraak van lithiumaccu’s. Recycling staat nog in de kinderschoenen en het winnen van lithium vindt plaats onder erbarmelijke arbeidsomstandigheden met enorme schade voor het milieu: in Peru worden hele bergen afgegraven om lithium te delven. Als we daar geen oplossing voor vinden, houden we onszelf voor de gek. Door de keuze van de overheid om de accutechniek te subsidiëren, is de ontwikkeling van de waterstof brandstofcel vertraagd. Ik ben geen ingenieur, maar zo’n ‘waterstofcel’ weegt veel minder dan een accu en is dus in de basis efficiënter. Volgens mij heeft waterstof daarom toekomst, maar dan moet er wel een netwerk komen waar je waterstof kunt tanken en dát duurt nog wel even. Op kortere termijn zie ik het daarom vooral als een goede optie voor vrachtwagens en bussen die lange afstanden moeten afleggen.’

Brooks Classics

‘Die moderne auto’s en technieken zijn natuurlijk fantastisch, maar de liefhebber in mij wil ook wat. Daarom ben ik Brooks Classics gestart, een apart bedrijf binnen de onderneming voor klassiekers en youngtimers van de hoogste kwaliteit.

Een klassieke auto heeft voor mij niks met mobiliteit te maken, maar alles met beleving en emotie. Natuurlijk kun je er ook mee naar je werk, maar zonder airco kom je stinkend naar olie en met een natte rug aan. Met mijn klassieke auto ga ik op zondag mooie weggetjes opzoeken en soms naar het circuit. Niet om de snelste tijd neer te zetten, maar voor de beleving, de emotie en de lol met gelijkgestemden.

In boekjes bladeren, filmpjes op internet kijken, spullen verzamelen en erover kletsen zijn even belangrijk als zelf met zo’n auto rijden. Mijn oudste zoon is inmiddels ook voor de bijl gegaan. Hij had niks met klassieke auto’s, maar toen ik afgelopen januari voor een rally werd uitgenodigd heb ik hem meegenomen om te navigeren. Hij was nog maar 8 jaar oud, maar had meteen door hoe navigeren met de bolletjes en pijltjes werkte. We zijn niet één keer verkeerd gereden! Allebei natuurlijk apetrots en ons verhaal heeft inmiddels allerlei autoblaadjes gehaald. Dat smaakt naar meer en sindsdien heeft hij de smaak te pakken en gaan we regelmatig samen op pad.’

Verdwijnend ambacht

‘Strategisch is Brooks overigens ook een goede keuze gebleken. Het ambachtelijke vakmanschap van de klassieke monteur dreigt namelijk te verdwijnen. Het zijn vaak kleine zelfstandigen die bijna met pensioen gaan en geen opvolger kunnen vinden. Omdat wij de klassiekers die wij verkopen ook in onze werkplaats onderhouden, kunnen wij dit vakmanschap in stand houden. En steeds meer liefhebbers, ook die van buiten onze klantenkring, weten ons te vinden. Het is een mooie extra service, naast het hightech onderhoud van moderne auto’s. Dat laatste vergt ieder jaar enorme investeringen in specialistische gereedschappen en opleidingen; hedendaagse auto’s zijn zo complex, dat ik inmiddels ingenieurs in de garage heb rondlopen. Het onderhoud van klassiekers is veel minder gecompliceerd: met een goed “Fingerspitzen Gefühl”, mechanisch inzicht en een goed lasapparaat kom je al een heel eind. Ook de 3D-printtechniek ontwikkelt zich razendsnel, waardoor je straks alle onderdelen kunt printen en iedere auto van voor 1985 eeuwig rijdend kunt houden.’

Sfeer in de werkplaats

‘Ook voor de werving en het vasthouden van goed personeel, wat sowieso best wel een dingetje is, is de combinatie van ambachtelijk en hightech onderhoud een goede mix. Zo loopt er nu een monteur van 19 rond die graag met z’n handen werkt, maar ook geïnteresseerd is in de moderne techniek. Het niveau waarmee ze van school komen is tegenwoordig echter een stuk lager dan waarmee ze pakweg 15 jaar geleden van de ambachtsschool kwamen. Daar ligt een grote en belangrijke taak voor ons. Vrijwel alle jonge monteurs volgen na hun basisopleiding een gecombineerd werk-leertraject waarbij ze een paar dagen in de werkplaats werken en één dag per week naar school gaan. Daarnaast krijgen ze nog een specifieke opleiding vanuit Jaguar Land Rover. Maar om de beste mensen aan je te binden moet je meer bieden dan alleen werk en opleidingsmogelijkheden. Daarbij gaat het niet zozeer om een hoger loon, maar veel meer om de sfeer in de werkplaats. De tijd dat leerling monteurs hun mond moeten houden en moeten doen wat er gezegd wordt, ligt ver achter ons. Ik zie dat collega-bedrijven, waar het er nog wel zo aan toegaat, geen goede mensen meer vinden. Nieuwe medewerkers moeten het gevoel hebben dat ze gewaardeerd worden en onderdeel zijn van een team. Dit heb ik gelukkig tijdens mijn opvoeding meegekregen.’

 Software grote enabeler

‘Er gaat veel veranderen in de automotive, de branche is volop in ontwikkeling. Technisch draait bijna alles om elektrificatie, maar maatschappelijke ontwikkelingen zijn nog ingrijpender. Steeds meer mensen kiezen voor mobiliteit en gaan van bezit naar gebruik, waardoor we veel meer deelauto’s gaan zien. Software is hierbij de grote enabeler. Het grootste probleem bij delen is dat we veelal op hetzelfde moment een auto nodig hebben. Daarom is bijvoorbeeld het idee van een kleine auto voor je werk die je kunt inwisselen voor een grote auto tijdens de vakantie, voorlopig nog niet goed haalbaar. Want hoe maak je een wagenpark rendabel dat alleen tijdens de vakantie de weg op gaat? Bij Jaguar Land Rover zijn we al lang met dit vraagstuk bezig, een oplossing hebben we nog niet gevonden, maar ik weet zeker dat die er gaat komen.’